OCR

35 aen: maer ben meer becommert over het wtgeven van Palamedes; daer veele Heeren haer grotelijks in sullen stooren, ende sullen *t achten voor een tweede brandende fackel, gelijck oock de vurige colomme voor op den titel staat. Het poema dunct mij treffelijck ende sinrijck gedaen. Sed an satis prudenter an satis pie, et an fructuose huiusmodi dentate scripta nunc temporis in lucem emit- tuntur vehementer dubito. Nostri Calchantes sullen dit seer tegen ons en onse gantsche sake misbruijcken, om de Regeerders op te wecken ende tot alle hardigheijt aen te hitsen. De Rechters van Palamedes een vreese aenjagende, alsoff wij alle te samen niet als wraecksucht, politique factien ende sanguinaria consilia en respireerden. En hiermede sullen de anderen alle de hardigheijt willen bedecken die men tegen ons gebruijckt. Ende men sal roe- pen dat dit een voorbode is van nieuwe conspiratie. Ick soude lie- ver sien, dat van onse zijde niet dan vreedsame, sachtmoedighe, stichtelijcke schriften wtquamen. Want ick niet en can sien wat goets noch voor onse goede sake noch tot voordeel van ’t vader- landt daer mede wtgerecht wordt, dat men tweedrachten ende verbitteringhen vermeerdert. Die meer als groot genoech sijn. Nec tamen respiciendum erat quid adversarii audire mereantur, quam quid nos loqui deceat. Doch wij en connen niet verhinderen, dat de luyden, die buijten sijn, wtbersten wat haer belieft*). NICOLAES VAN REIGERSBERGH AAN HUGO DE GROOT *). 1625, 19 November. Tot Amsterdam is eene tragedie geschreven geintituleerd Pala- medes, quem cassum lumine lugent; zij is verboden, hebbe die daerom niet gesien, verhaelt de naeste dingen naecktelyck. 1) Naar het hs. Bibl. Remonstr. Geref. Gem. Rotterdam, Catal. No. 1502, uitgegeven door Unger, Oud-Holland. 1887. 2) Uitgegeven door H. C. Rogge, Werken Hist. Gen. Ile Serie, No. 15, bl. 776. Nic. v. Reigersberch (1584—1654), zwager van Hugo de Groot. Palamedes is véér het begin van Nov. 1625 verschenen. Huygens schreef in het hem geschonken exemplaar: ,,Don(atio) Auctoris. Constanter. Slusae Calend. Novemb. 1625.” Had hij het op 1 Nov. in zijn bezit, dan moet het eind October 1625 verschenen zijn. Hugo de Groot hoopte na Maurits’ dood April 1625, uit Parijs, waar_hij als balling verbleef, weer spoedig naar Holland terug te kunnen keeren. Zijn zwager Van Reigersberch houdt hem van den toestand in het vaderland op de hoogte en bericht hem terstond over Vondels Palamedes.

OCR + GPT-4o

aen: maer ben meer becommert over het wtgeven van Palamedes; daer veele Heeren haer grotelijks in sullen stooren, ende sullen 't achten voor een tweede brandende fackel, gelijck oock de vurige colomme voor op den titel staat. Het poema dunct mij treffelijck ende sinrijck gedaen. Sed an satis prudenter an satis pie, et an fructuose huiusmodi dentate scripta nunc temporis in lucem emittuntur vehementer dubito. Nostri Calchantes sullen dit seer tegen ons en onse gantsche sake misbruijcken, om de Regeerders op te wecken ende tot alle hardigheijt aen te hitsen. De Rechters van Palamedes een vreese aenjagende, alsoff wij alle te samen niet als wraecksucht, politique factien ende sanguinaria consilia en respireerden. En hiermede sullen de anderen alle de hardigheijt willen bedecken die men tegen ons gebruijckt. Ende men sal roepen dat dit een voorbode is van nieuwe conspiratie. Ick soude liever sien, dat van onse zijde niet dan vreedsame, sachtmoedighe, stichtelijcke schriften wtquamen. Want ick niet en can sien wat goets noch voor onse goede sake noch tot voordeel van 't vaderlandt daer mede wtgerecht wordt, dat men tweedrachten ende verbitteringhen vermeerdert. Die meer als groot genoech sijn. Nec tamen respiciendum erat quid adversarii audire mereantur, quam quid nos loqui deceat. Doch wij en connen niet verhinderen, dat de luyden, die buijten sijn, wtbersten wat haer belieft. ***** NICOLAES VAN REIGERSBERGH AAN HUGO DE GROOT 1625, 19 November. Tot Amsterdam is eene tragedie geschreven geintituleerd Palamedes, quem cassum lumine lugent; zij is verboden, hebbe die daerom niet gesien, verhaelt de naeste dingen naecktelyck.

Image