OCR
149 van Mas Aniello onder de vorsten, en Jan Vos onder de poéten. Onlangs Gysbrecht van Amstels treurspel in handen krygende, en het voorspel daar ziende, dat aldus begint, De trotse Schou- burg heft zijn spitse kap, begon ik te twijfelen, of het onder de Tooneelpoézy misschien mogt vergeten zyn. VOLLENHOVE AAN BRANDT’). 1681, 13 Februari. *k Wist niet beter of die vaarzen van Vondel waren van my by zyne vertalingen uit Virgilius achter aan geplaatst, doch met dit tyteltje, Uirgilius gevolgt. Want in deze, Hier beschreit men’s werelts zaken, Die den mensch aan’t harte raken, wort, myns bedunkens, gespeelt op dat van Maro in ’t eerste boek van zyn’ Eneas; Sunt lacrimae rerum; & mentem mortalia tangunt: en d’andere, van Sofokles sprekende, in d’opdracht van Elektra; Met vaarzen, schoeiende op den leest Van zynen goddelyken geest, op dat Latynsche in d’achtste Herderskout, Sola Sophoclaeo tua carmina digna cothurno. VOLLENHOVE AAN BRANDT *). 1682, 20 Maart. Gisteren liet ik myn eige dingen in groten haast leggen, om Vondels leven Uwe Eerw. toe te schikken by bequame gelegen- heit, dewyl Trojel toch enig goet had over te zenden. Ik heb het noch eens niet alleen doorlopen, maar naukeurig doorzien, en nu op de zaken minst lettende, daarwe lest in ’t brede van spraken, hier en daar slechts een letter of woort verandert; of uit uwe ver- 1) Als voren, bl. 215—216. 2) Brieven aan G. Brandt, bl. 221. Trojel boekhandelaar en uitgever.
OCR + GPT-4o
VOLLENHOVE AAN BRANDT’). 1681, 13 Februari. *k Wist niet beter of die vaarzen van Vondel waren van my by zyne vertalingen uit Virgilius achter aan geplaatst, doch met dit tyteltje, Virgilius gevolgt. Want in deze, Hier beschreit men’s werelts zaken, Die den mensch aan’t harte raken, wort, myns bedunkens, gespeelt op dat van Maro in ’t eerste boek van zyn’ Eneas; Sunt lacrimae rerum; & mentem mortalia tangunt: en d’andere, van Sofokles sprekende, in d’opdracht van Elektra; Met vaarzen, schoeiende op den leest Van zynen goddelyken geest, op dat Latynsche in d’achtste Herderskout, Sola Sophoclaeo tua carmina digna cothurno. ***** VOLLENHOVE AAN BRANDT 2). 1682, 20 Maart. Gisteren liet ik myn eige dingen in groten haast leggen, om Vondels leven Uwe Eerw. toe te schikken by bequame gelegen- heit, dewyl Trojel toch enig goet had over te zenden. Ik heb het noch eens niet alleen doorlopen, maar naukeurig doorzien, en nu op de zaken minst lettende, daarwe lest in ’t brede van spraken, hier en daar slechts een letter of woort verandert; of uit uwe ver-