OCR
97 HUYGENS AAN ZIJN VRIENDEN *). 1640, 8 Febr. Ad amicos Amstelodamenses mox adeundos. Barlaee, Vossi, Vondeli, omniumque Hoofdi Caput et chorage, et omnium Vicoforti Hospes diserte, si vacatis indocto Quantum sodali nondum vacuistis... Vondelii super saeclum Augusta Magnum tela Caesarem saeclo Datura pausam si capit nec optandam, Nec poenitendam... Tnaestimabilis quincunx Selectiorum Belgica virum, magnae Amstelredami nobilissimi Cives. Etc. ADOLPHUS VORSTIUS AAN NIC. HEINSIUS *). 1640, 6 Mei. Belgicum quod vides carmen, satyricum plane ac Scriverianum, Vondelii, quantum ego quidem conjicere aut subodorari possum, foetus esse videtur yrjo1or *). Lugd. Bat. VI Maji 1640. 1) Worp, Gedichten van Huygens, III, 132. Onwaerdeerlyke Vrouw, bl. 199. »Aan mijn weldra te bezoeken Amsterdamsche vrienden.” »Barlaeus, Vossius, Vondel en Hooft, hoofd en koorleider van allen, en Wicquefort, welsprekend gastheer van allen, als gij zooveel tijd over hebt voor een ongeleerde, als gij nog nooit hadt voor een makker... als het weven (dichten) van Vondel verheven boven deze eeuw, dat den grooten keizer aan deze eeuw zal geven (Constantijn), rust neemt, die niet gewenscht is, noch betreurd zal worden (namelijk na de voltooiing van het epos) ...; gij onwaar- deerbaar vijftal van de uitgezochtste mannen in Holland... Ziet hoe wij yroolijke uren kunnen besteden: ...lacht, weest gegroet en bemint mij stand- vastig.” 2) Zie: Sylloges Epistolarum, II, p. 791; Ep. 499. *) Onveryalscht. Deze zin betreft het gedicht op ,de Begrafenis van den hond van Schout Bondt”, zonder Vondels naam verschenen. Vondel-Brieven. 7
OCR + GPT-4o
HUYGENS AAN ZIJN VRIENDEN 1640, 8 Febr. Ad amicos Amstelodamenses mox adeundos. Barlaee, Vossi, Vondeli, omniumque Hoofdi Caput et chorage, et omnium Vicoforti Hospes diserte, si vacatis indocto Quantum sodali nondum vacuistis... Vondelii super saeclum Augusta Magnum tela Caesarem saeclo Datura pausam si capit nec optandam, Nec poenitendam... Inaestimabilis quincunx Selectiorum Belgica virum, magnae Amstelredami nobilissimi Cives. Etc. ***** ADOLPHUS VORSTIUS AAN NIC. HEINSIUS 1640, 6 Mei. Belgicum quod vides carmen, satyricum plane ac Scriverianum, Vondelii, quantum ego quidem conjicere aut subodorari possum, foetus esse videtur γνήσιον. Lugd. Bat. VI Maji 1640.