ORIGINAL
WILLEM VAN DEN VONDEL AAN ZIJN MOEDER, SARA CRANEN).
1625, 1 Maart, Rome.
Looft God. In Romen den Iste Meert Anno 1625.
Herts lieve Moeder, naer hertelijcke groetenisse t’uwaerts en alle vrunden, weet hoe dat het is nu ontrent 5 weecken dat ick ul hebbe doen weten mijn voornemen van te reijsen na Napels het welck ick t’sedert geluckighlijck hebbe ten eijnde gebracht met mijn 5 andere Compagnons. 18 dagen hebben wij wt geweest en onder wegen veel andere steden gesien als het stercke Cajeta, het amoreuse Capua en het oude Pozzolo, ten waer de wondere die hier in de Natuer gevonden worden overgroot geweest waren sij hadden ons soo verre niet wtgelockt, als brandende bergen, steen klippen mijlen verre wtgehouwen en ganghbaer gemaeckt, grotten, badstoven die de natuer in de bergen maeckt wonder- baerlijcker als ick schrijven kan, de woninge van de Sibillen, en dat ul ongeloofelijck sal sijn den Mond van den hel selfs, de Elisesche velden daer de gelucksalige sieltjens sweven en duij- sent andere plaetsen die de fabulen vermaert maecken om dat se de waerheijt soo na komen, de hel hebbense hier gedicht te sijn onder den poel Avernus die grondeloos en met hooge bergen om- ringht is, die vol overhangende boomen beplant, een naere scha- duwe over het water spreijen; hier bij gaet een solferachtigen damp op en onder de aerde word een afgrijselijck geluijt gehoort en wat dat daer levendigh overvlieght valt neder doot ter aerde. Hier naer kan ul de andere dingen afmeten. Ick sta nu voor de 2de mael tot Romen en ben hier gekomen, met overgroote hoope van brieven te vinden en tijdinge van ul welvaren alsoo Februarij nu ten eijnde was geloopen. De Cooplieden seijden ons dat sij een groot packet brieven die aen Jacob Baack luijden op Napels ons na gesonden hadden; denckt wat ons dit een verdriet is ge- weest, ick twijfel niet of ul en mijn broeders hand sullen hier onder sijn, indien het anders wt valt soo treur ick al voort, doch ick en kan het ul niet toevertrouwen, over 8 dagen sullen de brie- ven weder hier sijn. Ick zal ul daer terstont op antwoorden en indien daer van ul. geen schrijvens onder is, soo wacht geen brie- ven van mij voor icker van ul. sal bekoomen hebben, als behalve dat ick ul. voor 8 of 14 dagen van mijn vertreck na Siena sal ver- wittigen, ick wacht nu plat na de brieven; het sal nu haest op een scheijden gaen, ick gaen tot Siena wonen, Herman Swol sal met de eerste gelegentheijt over Venetjen thuijs komen. Gerard van den Bergh blijft hier tot Romen, Jacob Baeck met de andere 2 gaen na paessen voor 4 maanden te Florence wonen. Laet mijn brieven altijt onder het couvert van Mr. Baeck komen soo meyn ick datse minst sullen faljeren. Terwijl ick hier soo ben, mena- gieer ick soo veel als mooglijck is en meer misschien als ul. sout begeeren; ick ben de vasten ongewoon, dan sal haest een eynd nemen; al het geen dat wij boven groijen dat loopen wij beneden weder af, soo veel selsaemheden sijn hier dagelijckx te sien. mijn gantsche reijs van vooren tot den achteren hebbe ik bij geschrift gestelt daer in ick gestelt hebbe al het geen ick gedenkwaerdigh op de reijse gesien of gehoort hebbe, dat nu al groot geworden is. Meer heb ick niet te schrijven en dit heb ick noch geschreven tot ul. contentement of ick noch soo veel van ul. verkrijgen mocht. Hier mede sijt'dan God den Here in genade bevolen die ul wil bewaren in langhdurige, gesontheijt te samen met alle vrunden die ul. van mijnent wegen sult groeten.
ul D. en Onderdanige Zoon Guill. Vand. Vondelen.
TRANSLATION
WILLEM VAN DEN VONDEL TO HIS MOTHER, SARA CRANEN
March 1, 1625, Rome
Praise God. In Rome, March 1, 1625.
Dearest Mother, after heartfelt greetings to you and all friends, I want to let you know that it has been about 5 weeks since I informed you of my plan to travel to Naples, which I have successfully completed with my 5 other companions. We were away for 18 days and saw many other cities along the way, such as the stronghold of Gaeta, the charming Capua, and the ancient Pozzuoli.
The wonders found in nature here are so great that they lured us far away, like burning mountains, cliffs carved out for miles and made passable, caves, and natural hot springs in the mountains that are more marvelous than I can describe. We saw the dwelling of the Sibyls, and what you will find unbelievable, the mouth of hell itself, the Elysian Fields where the blessed souls float, and a thousand other places made famous by myths because they come so close to the truth.
They have imagined hell to be under the bottomless pool of Avernus, surrounded by high mountains planted with overhanging trees that cast a gloomy shadow over the water. A sulfurous vapor rises here, and an awful sound is heard underground. Anything that flies over it falls dead to the ground. From this, you can gauge the other things.
I am now in Rome for the second time and came here with great hope of finding letters and news of your well-being since February had just ended. The merchants told us they had sent a large packet of letters addressed to Jacob Baack in Naples. Imagine our disappointment. I have no doubt that letters from you and my brothers are among them. If it turns out otherwise, I will be very sad, but I cannot confide this to you. The letters should be back here in 8 days. I will respond immediately, and if there is no letter from you, do not expect any from me until I receive one from you.
In about 8 or 14 days, I will inform you of my departure to Siena. I am now eagerly awaiting the letters. It will soon be time to part ways. I am going to live in Siena. Herman Swol will return home via Venice at the first opportunity. Gerard van den Bergh will stay here in Rome. Jacob Baack and the other two will go to live in Florence for 4 months after Easter.
Always send my letters under the cover of Mr. Baack; I think they will be least likely to fail that way. While I am here, I manage as much as possible, perhaps more than you would desire. I am not used to fasting, but it will soon end. Everything we gain above, we lose below again. There are so many wonders to see here daily. I have documented my entire journey from start to finish, noting everything memorable I have seen or heard, and it has become quite extensive.
I have nothing more to write and have written this for your satisfaction, hoping to receive as much from you. With this, I commend you to God the Lord, who will keep you in long-lasting health, together with all friends whom you will greet on my behalf.
Your devoted and obedient son, Guill. Vand. Vondelen.
Metadata
- Sender: Willem van den Vondel
- Recipient: Sara Cranen
- Subject: Travel experiences and updates
- Send Date: 1625
- Location: Rome
- Geolocation: 41.9028, 12.4964
- Language: nl
- Summary: Willem van den Vondel writes to his mother, Sara Cranen, from Rome on March 1, 1625. He describes his recent travels to Naples and other cities, mentioning various natural wonders and historical sites he visited. He expresses his disappointment at not receiving letters from home and informs her of his future travel plans, including a move to Siena. He also provides instructions on how to send letters to him.